woensdag 30 september 2015

Interview Tamar van den Dop over Sneeuwwitje

"Ik vind het heerlijk om de boze stiefmoeder te spelen"






“Als actrice heb ik meer het gevoelige, het dromerige aan mijn kont hangen, maar eigenlijk is het spelen van nare vrouwen het leukst. Dingen zeggen en doen die ik zelf eigenlijk helemaal niet durf.” Aan het woord Tamar van den Dop, die in 2000 haar NNT-debuut maakte met Messen in Hennen, David Harrowers lofzang op de schoonheid van taal en het simpele plattelandsleven. “Een mij heel dierbare voorstelling in regie van Anny van Hoof. Ik herinner me goed dat ik dit stuk opende met het doen van een plasje.”, zegt ze met ondeugende pretoogjes. Vijftien jaar later is Van den Dop terug bij het NNT en speelt ze de boze stiefmoeder in Sneeuwwitje, de nieuwe NNT-voorstelling van schrijver en regisseur Ko van den Bosch die komende zondag in première gaat in de Stadsschouwburg Groningen.

“Ik heb iets met Groningen, want mijn oma komt hier vandaan. Het voelt heel vertrouwd om in dit heerlijke gebouw terug te zijn bij het NNT; veel oude bekenden tegen te komen met dezelfde bevlogenheid en liefde voor het theater. Tegelijkertijd voelt het heel nieuw. Zoals het werken met Ko van den Bosch. Eerlijk gezegd ken ik zijn oeuvre en werkwijze niet zo goed. Fellini wilde ik heel graag zien, maar jammer genoeg kwam het daar niet van. Iedere keer moest ik zelf spelen. Ko vertelde me met deze voorstelling een associatieve werkwijze te hebben gevonden die hij met Sneeuwwitje verder wil onderzoeken en uitwerken. Je niet druk maken om plot en ontwikkeling, maar op een andere manier naar het ritme van een voorstelling zoeken. Dat is soms heel erg zwemmen. Dat je bij jezelf denkt en je afvraagt, waar zit dat ritme? Ik ben heel erg gewend om eerst een tekst te lezen, twee weken aan tafel te zitten, te analyseren, te leren om vervolgens de voorstelling op te bouwen. Ko werkt vanuit een heel andere invalshoek, heel beeldend. Al vrij snel zijn we de vloer op gegaan met dans en muziek erbij. Heel fijn om die vakjes in je hoofd op deze manier helemaal open te laten gaan. Inspirerend om het eens anders te doen; de warming up en het dansen elke dag ervaar ik als een enorme luxe voor een acteur.”

Heb je iets met sprookjes?
“Ja, ik hou van mythes, van archetypen, van metaforen, iconen en clichés. Iconen, zoals Sneeuwwitje en de stiefmoeder, zijn niet voor niets iconen. Zij zeggen iets over vroeger, maar ook over het nu. En dat prikkelt de verbeelding. Aan de hand van Sneeuwwitje, een sprookje dat al honderden jaar oud is en dat we allemaal kennen, willen we ons in deze voorstelling verhouden tot het leven nu, de actualiteit. Wat als Sneeuwwitje nu wakker zou worden en uit die glazen kist zou stappen? Dat spreekt me heel erg aan. Hoe je je daartoe verhoudt. Engagement. Dat is ook waarom ik van theater hou, de klassieke stukken en dus ook de sprookjes. Je kunt daarmee iets over onze huidige samenleving zeggen.”

Wie is voor jou die stiefmoeder?
“Zoals gezegd, ik vind het heerlijk om de boze stiefmoeder te spelen. Dat is het voordeel dat je als actrice ouder en rijper bent geworden. Eigenlijk is het te simpel om te zeggen dat ik het leuk vind om de stiefmoeder alleen maar als slechterik neer te zetten. Ik vind het eerder interessant om van een personage de pijn te zoeken. Daarin zit voor mij de herkenning en vaak ook de humor. Wat betreft de stiefmoeder zit die pijn in het ouder worden, in de teloorgang van de macht over haar leven. Evenals Ko denk ik ook dat het belangrijk is dat het niet alleen maar gaat over de persoonlijke jaloezie van de koningin, van de ouder wordende vrouw. Zo van ‘Sneeuwwitje is mooier dan ik’, maar dat het ook een maatschappelijke link heeft. Het gaat over verandering, bang zijn iets kwijt te raken: macht, invloed. Je bedreigd voelen in plaats van de schoonheid van verandering zien. En daarom vind ik het zo mooi wat Ko met dit sprookje doet. Tegenover Sneeuwwitje plaatst hij de koningin en de dwergen, die gefrustreerd zijn. Zij willen niet loslaten wat ze hebben. Zij zijn ermee vertrouwd en willen steeds meer. Zij willen het systeem waarmee ze hun positie hebben verworven in stand houden. Sneeuwwitje  is eigenlijk degene die zegt ‘ik wil niks.’ Zij durft los te laten, dat is haar kracht. De sexualiteit van zo’n jong meisje, dat opbloeit, dat net met haar leven begint. Prachtig. Dat is toch net als bij het NNT, na zoveel jaar komt er weer een nieuwe koning of koningin. Koningin Ola, Koning Ko. Die gaan straks ook weer en dan komt er een nieuwe generatie. Dat is mooi. Het is de kunst de schoonheid van verandering te zien en niet de angst om iets kwijt te raken. Dat vind ik een hele mooie interpretatie van onze Sneeuwwitje. Anders zou ze alleen maar een heel leuk, naïef blaadje zijn dat steeds maar aangerand wordt door het leven.”

Taal als wegwerpmiddel en beelhouwen met woorden
De familie Dagelet, en dus ook Charlie Chan, kende ze al van vroeger. Met de andere acteurs en de dansers van Club Guy & Roni werkt ze voor het eerst. “Het is fantastisch om te spelen met mensen die alles vanuit de beweging benaderen en daar heel bekwaam in zijn. Igor Podsiadly b.v. kan heel snel voorstellen doen voor een bepaalde beweging. Dan ontstaat er een scène die tussen bewegen en spreken in zit. En dan is het heel spannend om je te laten leiden, net als in een tango, je over geven en kijken waar het heen gaat.”
Echt enthousiast wordt Van den Dop wanneer de teksten van Ko van den Bosch ter sprake komen. “Heel geestig, pijnlijk, soms grof, maar heel erg raak. Omdat Ko de teksten zelf schrijft, zijn ze ook niet heilig voor hem. Door zijn manier van werken komt hij er tijdens het repetitieproces achter wat werkt en wat niet. Ik hou er van om taal te gebruiken als een soort wegwerpmiddel. Dat je als het ware beeldhouwt met woorden. Ko weet precies waar hij met zijn teksten heen wil; of zijn tekst uit onze monden doet wat hij wil. En als de tekst dat niet doet, past hij hem aan. De tekst is een ingang. Ko orkestreert dat als het ware en daarmee zijn soms beweging en beeld belangrijker dan tekst. Op een ander moment is de tekst weer belangrijker. Daardoor mag ik als acteur ook mijn lichaam en muzikaliteit aanspreken en niet enkel mijn tekstbehandeling. Dat geeft me een soort vrijheid. Een groot deel van de repetities zijn we, in combinatie met dans en muziek, bezig geweest met het zoeken en ontwikkelen van een speelstijl. Het is heel spannend om te zoeken naar wat Ko in zijn hoofd heeft en hoe we dat kunnen vorm geven. Wat we daar als acteurs en dansers aan toe kunnen voegen.

Je acteert, schrijft en regisseert. Hoe vind je een balans in deze werkzaamheden?
“Toen ik net van de toneelschool kwam moest van mij elke rol door mijn eigen ballotage, mijn eigen hoofd. Eigenlijk iets waar een regisseur helemaal niet op zit te wachten. Heel vervelend. Toen had ik allerlei meningen over van alles. Schrijven is heel analytisch en dat heb ik nodig om mezelf intellectueel uit te dagen. Daarom hou ik ook zo van tekstanalyse en tekstbehandeling. Maar ik heb het ook nodig om het hoofd soms te vergeten en te voelen dat ik een lichaam hebt. Daarom acteer ik. Het is heel gezond om te bewegen want anders gaat alles teveel in mijn hoofd zitten. Sinds ik mijn eigen werk regisseer, vind ik mezelf een leukere, een betere actrice. Ik geniet intenser van de vrijheid die ik als actrice heb. Omdat ik weet dat je als schrijver, als regisseur in elk detail verantwoordelijk bent. Je werk is als het ware je baby. Als speler ben je vrij, je mag meedenken maar uiteindelijk draag je die verantwoordelijkheid niet. Ik weet wat voor een gevecht het is om als regisseur gedaan te krijgen wat je in je kop zit. Ik ben me daar zo bewust van dat ik nu minder eisen stel aan hoe een stuk mij moet bevredigen als actrice. Nu denk ik ‘laten we het doen, laten we het gewoon proberen’. Bovendien geloof ik niet in democratie in de kunst. Er is altijd één kapitein en die kapitein is net als een vader, een moeder. Ik vind het prettig om me daar aan over te geven, omdat je in die andere werkzaamheden en trouwens ook in de rest van je leven al zoveel verantwoordelijkheden hebt. Gek genoeg maak ik daardoor grotere stappen. Grappig hè, juist door het durven loslaten, zoals ook Sneeuwwitje doet. Ik denk dat je daar in je hoofd jonger van blijft en je je daardoor ook blijft voeden. Regisseren heeft me meer plezier in het spelen gegeven, meer vrijheid, minder ballast.

Sneeuwwitje door NNT en Club Guy & Roni
vr 9 oktober 2015 | Kunstlinie Almere Flevoland (voorheen Schouwburg Almere)
meer info en tickets 



Tamar van den Dop speelde tijdens haar studie aan de Toneelacademie Maastricht in de film De Provincie, wat haar meteen een Gouden Kalf-nominatie opleverde. Ook voor haar rol in De Omweg ontving ze deze nominatie. Haar carrière vervolgde Van den Dop in speelfilms als Wolfsbergen en Karakter die een Oscar won en de tv-serie Zwarte Sneeuw. De speelfilm Blind, haar regiedebuut, was voor Thomas Verbogt de aanleiding daar een boek over te schrijven. Met een première op het Filmfestival Berlijn sleepte ze met haar tweede speelfilm Supernova diverse internationale prijzen in de wacht. Tamar van den Dop, die als freelancer bij meerdere toneelgezelschappen werkzaam was, verbindt zich vanaf 2016 aan het Nationale Toneel waar ze gaat samenwerken met Eric de Vroedt, Kasper van der Putte en Theu Boermans.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten