In de huid kruipen van fenomeen Herman Brood is eng en
geweldig tegelijkertijd, vindt acteur Stefan Rokebrand. Hij is in ieder geval
blij dat hij al een jaar musicalervaring heeft opgedaan als Soldaat van Oranje. Niet dat Chez BROOD een musical is, laat dat
meteen gezegd zijn. Het is een toneelstuk, een biografisch portret van een van
de meest kleurrijke levenskunstenaars van Nederland, waarbij de ongecultiveerde
rock-‘n-rollsongs van Brood ook langskomen. En dus heeft Rokebrand zangles:
“Het is niet veel mensen gegeven om zo avond aan avond te zingen. Het moet rauw
klinken, zeker niet te braaf of te geschoold. Het is wel Brood hè.”
Een rol ‘larger than
life’
Herman Brood was muzikant, liedjesschrijver, kunstenaar,
dichter en, zeker de laatste jaren van zijn leven, een mediapersoonlijkheid. Maar
hij was ook een intensief drugs- en drankgebruiker, waardoor zijn lichaam
verwoest was. Enkele maanden voor zijn 55e verjaardag pleegde hij
zelfmoord door van het dak van het Amsterdamse Hilton Hotel te springen. Een bijzondere
en complexe man met een veelbewogen leven dat al voor een groot deel is
opgetekend door schrijver en vriend Bart Chabot. Die schreef op basis daarvan
ook Chez BROOD. Voor een acteur een geweldige
uitdaging. “Als acteur wil je niets liever dan een rol spelen die ‘larger than
life’ is. Het is tof om iemand te spelen die zo buiten de geijkte paden gaat.”
Ervaring met drugs en
drank
Wat iedereen meteen wil weten: ga je aan de drugs om Herman
goed te kunnen spelen? Rokebrand lacht: "Ik heb in mijn leven wel geëxperimenteerd met drugs en
ik ken alcohol van dichtbij. Ik ben blij dat ik die ervaring heb om te kunnen
snappen wat die totale roes is, die ontsnapping die Herman zocht. Speed,
Hermans favoriete drug, heb ik tot dusverre nooit gebruikt, maar daar zal ik me
nog grondig in gaan verdiepen. Ik ben ervan overtuigd dat je geen junk hoeft te
zijn om een junk te kunnen spelen. Beter van niet zelfs, maar je moet
natuurlijk wel weten waarover je het hebt".
Ook Broods zelfgekozen einde vraagt veel inlevingsvermogen.
“Ik verdiep me daarin, want het is een belangrijk onderdeel van Hermans leven,
dus ook van de voorstelling. Maar het blijft een moeilijk punt.”
Switchen van
afgetakeld naar vitaal
Chez BROOD is geen
lineair verteld levensverhaal van Herman Brood, er wordt vanuit de laatste
jaren van zijn leven teruggekeken en in flashbacks is bijvoorbeeld ‘Never be
clever’ uit het legendarische concert in Paradiso halverwege de jaren tachtig
te zien. Rokebrand moet dus switchen tussen de jonge, vitale Brood en de oude,
afgetakelde man. “We schieten heen en weer zodat het een beetje een documentair
effect heeft. En dat schakelen is absoluut een uitdaging.”
Ook de voorstellingen die Brood gaf met zijn kompanen Jules
Deelder en Bart Chabot zijn een grote inspiratiebron, vertelt Rokebrand. “Daar
gaan we stukken uit doen. Owen Schumacher (Koefnoen)
speelt Chabot en Tibor Lukács (o.a. Flikken
Maastricht) is Deelder. Dan zie je de totale gekte van die drie idioten op
het toneel, bijna anti-theater. Het is freaken op het podium.”
Imago Brood
Brood creëerde zijn eigen imago. Hij woonde min of meer in
zijn atelier boven café Dante in Amsterdam. Om daar te komen moest je met de
lift en die hoorde hij aankomen. Hij wist dat hij zich dan sociaal moest
gedragen, waar hij eigenlijk niet goed in was. Daarom vluchtte hij in de drugs.
‘Chez Brood’ is op zaterdag 20 februari te zien bij
Kunstlinie Almere Flevoland (KAF) om 20.15 uur in de Grote Zaal. Voor kaarten: www.schouwburgalmere.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten