dinsdag 15 januari 2013

Eric-Emmanuel Schmitt en zijn bloemen van de Koran



De voorstelling 'Meneer Ibrahim en de bloemen van de Koran' van De Nieuw Amsterdam is gebaseerd op de gelijknamige roman van Eric-Emmanuel Schmitt. Maar wie is hij eigenlijk?



Eric-Emmanuel Schmitt (1960, Lyon) geniet wereldwijd bekendheid, hij is de meest gelezen, meest vertaalde en meest gespeelde Franse schrijver van dit moment. Meneer Ibrahim en de bloemen van de Koran is een van de vijf boeken uit zijn ‘cyclus van het onzichtbare’. De populaire reeks is in meer dan 32 talen vertaald. Elk van de vijf delen geeft een beschrijving van een geloof. Meneer Ibrahim en de bloemen van de Koran is gebaseerd op het Jodendom en het Soefisme, een mystieke stroming binnen de Islam waarbij de nadruk ligt op het innerlijk geloof. Centraal in het verhaal staan de inwisselbaarheid van geloof en het onzichtbaar worden van geloofsgrenzen. Schmitt is niet alleen romanschrijver, ook als toneelschrijver maakt hij furore.








Een wonderlijk schrijver is deze Eric-Emmanuel Schmitt. Zijn bedoelingen zijn mysterieus en dat is maar goed ook want daardoor heeft de toeschouwer nog iets te ontdekken terwijl het spel zich voor zijn ogen ontrolt. Het mooie van een mysterie is het geheim dat erin besloten ligt, niet de waarheid die het verbergt.

Waaruit bestaat de verhouding tussen mensen? En is die opgebouwd uit passie? Of begrip? En waaruit bestaat de relatie tussen die twee? Dit stuk lijkt een zoektocht naar de zin van het bestaan, maar net wanneer de toeschouwer meent door te hebben waar het thema werkelijk uit bestaat zet Schmitt de wereld op zijn kop en blijkt de zoektocht een illusie. Ieders realiteit is een andere en voortdurend verschuift Schmitt het perspectief van waarneming. Het is een verhaal dat even lichtzinnig als ernstig is.

Het is niet verwonderlijk dat de schrijver van origine filosoof is en iets van zijn aard schemert dikwijls door in de humoristische dialogen die hij de acteur in de mond legt. Zelf zegt hij daarover: filosofie heeft de pretentie iets over de wereld te vertellen. En theater geeft daaraan levend gestalte op het toneel. Ik geef uitdrukkingen aan mijn gevoelens, mijn hoop en mijn bezorgdheid, maar de vorm die ik kies heeft dikwijls een humoristische ondertoon.

Schmitt geeft zijn hoofdpersonen een opvallende lichtheid mee die past bij de paradox van ons leven. Zo is de Joodse jongen Momo geen echte jood en de Arabier Ibrahim maar ten dele Arabier en het is verrassend te zien hoe deze twee figuren in de loop van de voorstelling in elkaar overlopen en in feite zelfs van personage verwisselen.

De taal is allerminst realistisch en uit alles blijkt dat Schmitt een muzikaal theatrale voorstelling voor ogen heeft; soms ligt wat hij schrijft dicht tegen muziektheater aan. Bij het maken van de theatrale bewerking hebben Inez van Dullemen en Erik Vos geprobeerd deze muzikale structuur te behouden en het typische poëtische taalgebruik van Schmitt in tact te laten. In de bewerking van het verhaal lopen komische scènes bijna ongemerkt over in ontboezemingen die dicht tegen de tragedie aanliggen.

Meneer Ibrahim en de bloemen van de Koran is op vrijdag 25 januari te zien in Schouwburg Almere.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten